Het komt niet vaak voor maar als het voorkomt dan weet je dat het echt niet goed gaat. Het was een appje van hulpverlener Debora van Sterk Papendrecht ‘mag ik je vanavond bellen over een cliënt en haar baby?’.
Een oude bekende
Woensdagavond, nog net voor ik mijn kinderen naar bed ging brengen ging de telefoon. “Ik ben betrokken bij een crisissituatie van één van mijn cliënten en ik weet niet hoe we dit moeten oplossen’. ‘Je kent haar misschien nog wel’, noemde ze. En inderdaad, hoe zou ik haar kunnen vergeten.
Ze was eind juni binnen komen lopen bij het Sociaal Wijkteam Papendrecht. Er was sprake van dreigende uithuiszetting, ze was hoogzwanger, had geen netwerk en geen babyspullen. Voor de babyspullen werd contact opgenomen met ANDERS maar omdat Mevrouw een dag later beviel van een gezonde dochter werd dat anders oplost. SUNN voorzag destijds in een maand huur, een uitkering en voedselbank werd aangevraagd, hulpverlening bleef betrokken en de situatie stabiliseerde. Tot nu.
Blijf van mijn lijf
In het telefoongesprek werd duidelijk dat de vader van de baby zorgde voor veel onrust. Hij woonde al niet meer thuis maar zocht hen nog met regelmaat op. Tijdens deze bezoeken is er sprake geweest van meerdere geweldsincidenten en de maat was vol. Ze kon over anderhalve dag terecht in een blijf-van-mijn-lijfhuis samen met haar baby van inmiddels vier maanden oud. Geweldig dat ze daar zo snel terecht kon en tegelijk een gigantische uitdaging want hoe moet dat met haar spullen?
This is too much
Donderdagmiddag legde ik de situatie voor aan Annet van Vimotec, een sociale onderneming welke echte banen biedt aan mensen met beperking. Binnen dertig minuten werd ik teruggebeld en garandeerde ze me dat ze klaar zouden staan om de volgende ochtend alle spullen over te brengen naar de opslagplek. Fantastisch. Want na haar vertrek uit de woning zou ze geen toegang meer hebben tot haar spullen. Hierdoor heeft ze, op het moment dat ze weer verhuisd naar een eigen woning, toch een inboedel.
Toen ik de dag erna aankwam bij de woning stonden ze zeven man sterk klaar. ‘We weten niet wat we aantreffen maar we gaan doen wat we kunnen’ had Annet hen aangemoedigd. Dat deden ze, stuk voor stuk. Terwijl moeder haar baby vasthield hoor ik haar fluisteren ‘this is too much’. Dat was het ook. Vreemden in je huis, die je spullen aanraken en inpakken en wetend dat je die middag weg wordt gebracht naar een geheime locatie. Dat besef hadden de jongens ook en dat was voelbaar in de manier waarop ze hielpen. Mede daardoor is het haar gelukt om in te pakken en de spullen over te brengen.
Ze is nu veilig. Mede dankzij hen kan ze uitkijken en toewerken naar een nieuw thuis, met haar eigen spullen.
Dit verhaal is geschreven door onze coördinator, Caroline van Dijke.